woensdag 11 mei 2016

Gambia 1: Predatoren hebben vers vlees: ik stond op het menu






Maandagavond 2 mei landde het vliegtuig van Tui op de luchthaven van Banjul, de hoofdstad van Gambia. De transfer, een bus die verschillende hotels aandeed, bracht me naar het hotel; Sunset Beach in Kotu. ’s Ochtends vroeg wilde ik een rondwandeling maken om de omgeving te verkennen. Het hotel was gelegen vlak aan zee, tegen de monding van de Kotu-Creek. Een kreek omzoomd door mangrove, dus de ideale plek om vogels te kijken. Het was me al opgevallen dat het hotel – zoals alle hotels in Gambia – veel jonge beveiligers had rondlopen om de boel in de gaten te houden. Wat stond me buiten de poort te wachten??? Via een shortcut naar zee liep ik naar de kreek. Boven het water toonden een aantal bonte ijsvogels hun acrobatische vliegkunsten en ook lieten de eerste kapgieren zich zien, die zich tegoed deden aan een maaltje verrotte vis. Via het Palm Beach hotel belandde ik op de gewone weg. Meteen werd ik al aangehouden door de lokale taxichauffeur Happy Dad, een oudere, goedgemutste man die me wel tegen betaling rond wilde rijden en vogels wilde laten zien. Ik vertelde nog eerst even zelf rond te willen snuffelen en liep over de Kotu Bridge. De ene na de andere man liep telkens op me af en hield me aan. Het waren locals, die zich verschanst hadden langs de weg. Het leek als een vriendelijke begroeting, met een handshake, maar het werd telkens wat opdringerig en het kwam erop neer om even mee te lopen om wat te kopen of om geld te geven om rond te kunnen komen. Het gaf me een onveilig gevoel, alsof predatoren zaten te wachten op vers vlees en dat vlees was ik! Mijn wereld voelde ineens heel klein en ik koos het hazenpad naar het hotel. Het leek me het verstandigst om niet meer alleen op pad te gaan. Maar ik kende nog niemand, op Happy Dad na!

Predatoren hebben vers vlees: ik stond op het menu
Sunset Beach hotel is gelegen aan de Kotu Creek
Predatoren hebben vers vlees: Ik stond op het menu!



2 opmerkingen: